Artikel

‘Het is wel beetje gek gegaan’

Bernice Breure
Uit: Twentsche Courant Tubantia, 29 december 2004
Vijftien jaar lang maakte ze ‘alle mogelijke soorten van televisie’ voor de Avro. Nu blijkt dat de omroep haar geen vast contract meer wil bieden. Angela Groothuizen (45): ‘Ik denk niet dat de Vara op deze manier met een boegbeeld om zou gaan.’

Laat haar vooropstellen dat ze zonder enige rancune terugkijkt op haar tijd bij de Avro. ‘Ik heb het er prima gehad. En iedereen met een contract weet dat ooit de dag aanbreekt dat moet worden besloten of de overeenkomst wel of niet wordt verlengd’, zegt Angela Groothuizen. Maar toch, in dit geval is het wel ‘een beetje gek’ gegaan.

‘De vliegende keep van de Avro’ noemde de presentatrice zich vorig jaar nog gekscherend in een interview. Groothuizen nam de laatste jaren onder meer de presentatie van het reality-spelprogramma Wie is de Mol, de middagshow Angela &Co, het praatprogramma Vaders, het Junior Songfestival en eenmalige uitzendingen zoals het Gouden TeleVizier-Ring Gala voor haar rekening. ‘Ik word altijd gevraagd om de gaatjes te stoppen. (..) Als ze haast hebben, komen ze bij mij uit’, vertelde ze in het gesprek. Ondertussen moest ze wel blijven ‘buffelen’ om een contract voor één of twee jaar binnen te halen. En nu heeft de Avro besloten zich helemaal niet meer voor een langere tijd aan haar te binden. De samenwerking tussen de voormalige Dolly Dot en de omroep moet voortaan ‘op projectbasis’.

Groothuizen: ‘De Avro kampt met enorme bezuinigingen. Deze maand liep mijn contract af, en dus was er een gesprek gepland over plannen voor het komend jaar. Maar ik had nog niets inhoudelijks gehoord over plannen, dus eigenlijk wist ik het wel.’ Ze kreeg te verstaan dat de omroep heel graag ‘een werkrelatie’ met haar wilde, maar dat de Avro niet meer doet aan vaste contracten. ‘Maar ondertussen hebben ze wel nog even snel Tooske voor drie jaar binnengehaald’, stelt Groothuizen rustig vast. Haar werd een nieuwe manier van samenwerken voorgesteld, op projectbasis. ‘Ze zeiden: Alleen hebben we nu nog geen project.’ Ja, erkent de presentatrice, er speelt ‘iets vaags’ voor de tweede helft van volgend jaar. ‘Maar ik moet nog maar zien of dat doorgaat.’

Voor de Avro heeft ze ‘alle mogelijke soorten van televisie’ gemaakt, ze sprong altijd in en heeft keihard gewerkt, zegt ze. Maar met die eeuwige loyaliteit is het over nu Groothuizen heeft vernomen dat ze ook is gepasseerd voor het Junior Songfestival. Komend jaar zal Tooske Breugem het kinderprogramma presenteren. ‘Ik moet zeggen dat ik het nog begrijp ook. Als ik televisiedirecteur was, en ik had iemand in huis van Idols zou ik die ook voor zo’n programma inzetten. En ik mag Tooske erg graag. Maar dat is wel het moment geweest waarop ik heb besloten niet meer exclusief voor de Avro aan de slag te gaan.’

Wat haar verder ook bevreemdt, zijn de opmerkelijke argumenten waarmee de Avro het besluit omkleedt. De omroep beroept zich in een reactie op zaken als ‘lagere inkomsten voor de omroepverenigingen’ tot aan de invloed die ‘de netmanager’ zou hebben op wie welke programma’s presenteert. ‘Het lijkt wel of de Avro vooral bezorgd is dat dit hele gedoe niet negatief uitpakt voor Tooske. Het is onzin om zo vaag te doen. Weet je, het voelt toch een beetje als een man die zijn vrouw na veertig jaar huwelijk zegt: ‘Het was fantastisch, maar ik heb nu een jongere vrouw. Ga jij maar in het zomerhuis wonen, en we zeggen het tegen niemand. En zo blijf je beschikbaar, voor als ik je toch nog nodig heb.’

Het gevoel blijft dus dubbel. Natuurlijk, de bezuinigingen zijn reëel, Groothuizen was misschien een dure kracht, maar de Avro is volgens haar wel één van de rijkste verenigingen in het land. ‘Ik denk niet dat de Vara zo om zou gaan met een boegbeeld. Een beetje gedumpt ben ik natuurlijk wel.’

Over haar toekomst maakt ze zich geen grote zorgen. ‘Ik ga eens rustig nadenken. Misschien ga ik wel weer het theater in en ik wil leren zelf items te maken. Verder sta ik open voor aanbiedingen van andere omroepen.

En als de Avro een goed programma voor me heeft, moeten ze zeker bellen.’