Archief molacties
WIDM 18: De molacties van Jan
|
Jan: "Ik weet niet hoe het is om kandidaat te zijn, maar Mol zijn is fantastisch. Ik heb het een beetje brutaal proberen te spelen. En hoe verder ik ging dat ik dacht: hebben ze het nou nog niet door? Hoe kan dat? Dan gaan we nog maar een stapje verder. Mijn tactiek past heel erg bij mijn karakter. Haantje de voorste, ik maak veel herrie, ik ben super fanatiek."
Olcay: "Ik kan er gewoon niet over uit. Ik heb volgens mij iedereen op Ruben gezet tijdens deze hele reis. En dan is gewoon Jan, degene die ik ook nog eens een keer het meest vertrouwde, de Mol gewoon. Wat erg. Ik ga nooit meer beweren dat ik ook maar enigszins mensenkennis heb." Art: "Jij was ook een van de fanatiekste kandidaten in jaren. Was dat ook jouw molstrategie?" Jan: "De mensen die mij een beetje kennen weten dat ik niet zo goed tegen mijn verlies kan. Dat is ook het enige wat af en toe moeilijk was: ik moest zorgen dat er verloren werd en daar hou ik niet zo van. Maar geld uit de pot houden voelt dan toch weer als winnen dus kan ik het weer voor mezelf verkopen." Olcay: "Hij kon ook onwijs boos worden als we het als groep niet goed hadden gedaan. Als we geen geld hadden binnengebracht was ie echt zo woest." Jan: "We starten dit seizoen niet met z'n tienen als groep maar in duo's (in vijf verschillende landen, aflevering 1). En ik ben met Jean-Marc. En het enge daarvan is: hij kan zich alleen maar op mij focussen. Het is alsof ik vanaf minuut één onder een heel groot vergrootglas lig. Ik moet er dus vol ingaan en tegelijkertijd heel voorzichtig zijn. Missie 1 wordt Jean-Marc ervan overtuigen dat ik in ieder geval niet de Mol kan zijn. Missie 2: die 2000 euro die gaan wij natuurlijk nooit vinden. Sterker nog: ik ga ervoor zorgen dat er geld uit de pot gaat. In de allerlaatste minuut bel ik nog snel eventjes naar Art voor informatie die we allang bleken te hebben. Wat zonde... 1000 euro uit de pot." Jean-Marc maakte de eerste minuten voor Jan lastig door hem meteen voor de grap als Mol aan te wijzen. Jean-Marc tegen Jan: "Toen ik op jou een aantal vragen had gemaakt was je echt pissig." Jan: "De groep geeft mij de leiding." (Graafmachines, aflevering 2) Jan in zijn graafmachine: "Dat is niet zo slim hè lieve kandidaten, om de Mol je teamleider te maken." Jan blijft lekker in hetzelfde gat graven en stuurt andere grafmachines weg van de grote hoop zand. Jan: "En wat heel handig was; er waren drie grote machines en een aantal kleintjes. En die kleintjes konden prima hopen van de grote opruimen. Maar Emilio en Stine zaten lekker aan het einde. Maar als je het einde nooit haalt, heeft scheppen daar de hele tijd helemaal geen zin gehad. Dus Emilio is nog een keertje heen en weer geweest. En Olcay ging plassen, wat voor mij fantastisch was want dat maakt haar super verdacht." Uiteindelijk wordt er wel geld verdiend maar lang niet zoveel als wanneer iemand anders met een beter plan de leiding had genomen. Ook weet Jan nog totaal onverdacht te blijven. Jan: "Een zoektocht door de stad (aflevering 4). In dit soort opdrachten is tijd je allerbeste vriend. Laat ze maar rennen als kippen zonder kop. Ik loop wel een beetje achteraan zo, ik bungel wel een beetje achteraan. En ondertussen natuurlijk wel de hele tijd zeggen: jongens wacht even... Dat kost tijd." We zien Jan tijdens de opdracht soms rustig achteraan kuieren en dan weer mopperen op de anderen dat ze tijd aan het verspillen zijn. Jan: "Ik wil geen onopvallende Mol zijn. Dat past ook gewoon niet bij me. Dus ik kan het niet laten om Stine een klein beetje te dollen." Jan met zijn telefoon vlak bij zich zodat Stine met wie Jan aan het bellen was het had kunnen horen: "Is toch prachtig dat het niet gaat werken? Weer geen 1500 euro in de pot." Jan: "Ik heb het je bijna letterlijk gezegd. Hoe kan je dat nou missen? Is niet erg hoor Stine..." Art: "Wat een risico nam je hier. Ik dacht weleens om eerlijk te zijn: ga je niet te ver? Maar het leek alsof je je nergens druk om maakte." Jan: "Ik dacht hierna wel: eens kijken of Stine anders tegen mij gaat doen. Nee hoor. We kwamen na die opdracht bij elkaar en het eerste wat Stine zei was: ging goed hè tussen ons?" Jans spannendste molactie was in een park ongezien langs de kandidaten lopen (aflevering 4) terwijl Art ze een kans op een "finalevrijstelling" (waarmee hij bedoelde: de Mol zien) voorschotelde. Jan: "Ja, mijn hart... 1000 slagen per minuut. Ik maak geen grap: de eerste keer dat ik moest gaan lopen, dacht ik echt dat mijn benen het zouden begeven. Ken je het gevoel als je betrapt wordt met iets, dat moment dat je het ineens heel warm krijgt en je benen lijken van rubber en je hartslag gaat omhoog. Nou dat. Ik hoopte dat dat minder zou worden als ik vaker was gaan lopen maar iedere keer was het kapotgaan. Want dit (je hoofd opzij doen) was genoeg hè. Dan was het gewoon geweest: aflevering 4, Jan is de Mol, klaar. Maar je moet toch. Je gaat toch lopen en ik had geen vermomming, geen bril, geen snor, helemaal niks. Dat moet ook want ik wilde zo graag een Mol met lef zijn. Maar oh, daar had ik vandaag wel een beetje spijt van." Emilio tegen Art: "Ik zag jóú niet eens. Ik keek gewoon een soort leegte in." Jan: "Als je langs de kandidaten kunt lopen ongezien, daar krijg je heel veel zelfvertrouwen van. Misschien wel teveel, dat je gewoon een beetje overmoedig wordt. Ik weet natuurlijk de uitkomst van de opdracht (woordzoekers, aflevering 5) wel: 'streepte de Mol de Mol weg?'. Ik streep direct het woord 'Mol' weg. Dat kun je natuurlijk gewoon met een streep doen maar je kunt het ook anders doen. Dus ik doe het lekker onhandig met een M. De M van Mol. In your face, meteen zichtbaar. Dat moeten ze toch doorhebben? Nee hoor, deze groep niet. Alle inspanningen voor niks. Foute zin, geen geld in de pot. En om antwoord te geven: ja, de Mol streepte de Mol weg." Stine: "Hij gaf ook allemaal standjes aan iedereen. Van je moet wat harder verven." Olcay: "Ja, hij gaf iedereen op z'n flikker. Ik was alleen maar blij als Jan vond dat ik het goed had gedaan." Jan: "Tijdens de opdracht sleutelpositie (aflevering 6) (in het verlaten hotel) bevrijdde Ruben mij ontzettend snel. Dat is fijn. Ruben werkt graag met mij samen. Hé Ruben, ik ook heel graag met jou. Het geeft mij namelijk alle tijd om ruimtes te doorzoeken." Jan gaat wat op een hotelbed liggen. Jan: "Vergis je niet; het is hard werken hoor, Mol zijn. 1500 euro kan in totaal verdiend worden voor de pot. De fanatieke Jan vindt daarvan bijna de helft. 700 euro maar liefst! Het is zo gek: 500 euro daarvan bereikt helemaal nooit de pot." Jan versnippert het biljet en stopt de snippers onder de lakens. Jan: "In het schattige dorpje Sukchai gaan wij helpen verhuizen (aflevering 6). Van de ene kant naar de andere kant van het dorp. Dus hop, inpakken maar. Hier kan ik mijn fanatieke karakter maximaal benutten. Ik wil koste wat het kost natuurlijk niet een bewoner meenemen in mijn lada. Want die levert 250 euro op voor de pot. En nog steeds gaat er geen belletje rinkelen bij Stine. Bij de anderen trouwens ook niet." Simone: "Het zag er waanzinnig uit die enorme berg spullen op die lada dus ik dacht: o weer Jan, fanatiek, laat maar gaan." Olcay: "En ik dacht alleen maar die Ruben man, die heeft helemaal niks gedaan. En dan zie je Jan zo om de hoek aankomen met zo'n enorme berg en dacht ik: ja, zo hoort het!" Jan: "Tijdens de opdracht in het verlaten sanatorium (aflevering 7) kreeg Olcay de leiding. Perfect, want Olcay gaat natuurlijk niet zoveel op mij letten. Wij zijn partners in crime. Toch, Olcay? Dus ik ga aan de slag met de lampen. Ik weet dat er in de hoek van de kamer een camera hangt. Olcay kan álles zien. Dat vind ik gewoon het leukste mollen: recht onder de neus van de kandidaten. Is heel gevaarlijk maar daardoor ook het leukst. Het is zo gek... Er zijn op miraculeuze wijze een aantal lampen verdwenen. Maar gelukkig hebben we de beelden nog. Toch, Olcay?" Art: "Ik stond mee te kijken en ik dacht wat neem je hier een risico!" Jan: "Olcay stond in de controlroom. En als je naar die klok kijkt kan je niet naar het scherm kijken. Dus iedere keer als ik lampen ging verstoppen zei ik eh, Olcay, wat is mijn tijd ook alweer? En dan moest zij zeggen je tijd is dit." Art: "Naast elkaar zaten die schermen..." Jan: "Pakketjes sorteren (posttrein, aflevering 7) en doorgeven van A naar B. Dat kan toch niet zo moeilijk zijn? Ik ben misschien niet de meest georganiseerde Mol uit de geschiedenis. Maar ik ben wel iemand die hard werkt. Dus ik ga als een gek aan de slag met dozen richting Stine geven. Veel meer dan Stine er kwijt kan of door kan geven. Dus er ontstaat een soort van muur van dozen waardoor Stine mij helemaal niet meer kan zien. Dat is een mooi moment om een klein beetje... rust in te bouwen." Jan rust wat uit in zijn coupé en roept dat Stine goed bezig is. Jan: "Olcay vertrouwt mij inmiddels blind. Iedereen weet dat er bij de post weleens een pakketje zoek raakt." Jan gooit een pakketje uit de trein. "Oeps, verkeerd bezorgd." Ruben vertelt dat hij Jan al begon te verdenken tijdens de zoektocht door de stad (aflevering 4) maar dat hij toen ook nog erg Loes verdacht. Ruben: "Maar hier was het wel bij deze opdracht (posttrein) dacht ik wel van ja, wacht even, dit klopt gewoon niet..." Jan: "Ik hou van actief bezig zijn. En ik denk dat ik best wel een aardig geheugen heb. Als ik tijdens het raften (aflevering 7) geld in de pot wil brengen dan moet ik bij Groot-Brittanië oranje pakken en bij Italië blauw." Jan draait de kleuren om en pakt twee verkeerde kokers, twee keer min-geld. Voor de tweede koker duikt hij de boot uit, het water in. Jan in de studio: "Door die snoekduik, ik moest die boot weer in. Maar ja, dat kost allemaal tijd dus we misten allerlei lijnen waar we geld hadden kunnen pakken. Maar het leukste vond ik bij deze opdracht: Ruben had zijn laatste vlag. En ik zat achterin de boot. En dat is heel handig want als je achterin een boot zit en je steekt je peddel erin kun je heel erg een boot draaien. Dus ik zei: jongens, kom op, roeien, roeien! Iedereen roeide naar voren maar ik zat heel hard naar achteren te peddelen. Dus ik zat daar te lachen en er zat een man achterop de boot die wilde meepeddelen. Heb ik nog gezegd van nou dat hoeft niet..." Bij de test van aflevering 7 vult Ruben voor het eerst 'Jan' in op de vraag wie de Mol is. Geen van de andere kandidaten heeft dit in een test gedaan. Jan: "Als Mol ben je best wel eenzaam want je moet altijd op je qui vive zijn. Maar gelukkig vond ik altijd wel een momentje om mijn hart te luchten. Niet alleen, nee hoor, het liefst gewoon waar iedereen bij was." Zie hier een compilatie van deze momentjes. >> Terug naar archief molacties. << |