Nogmaals, toch raar, Fons z'n tactiek: hardop tellen, jij begint met groen ik met blauw. Vragen om verwarring.
Ze gaan tellen
Fons telt 15 blauw, Jeroen telt 9 rood
Ze stappen hierna al meteen van Fons zijn strategie af om ieder aparte kleuren te tellen - was dus toch niet zo’n goed idee…
Fons telt 21 roze, Jeroen telt 16 roze
“Nog 1 x roze natellen”
Fons telt 24 roze, Jeroen 15 roze
Jeroen: ‘We hebben 17 groen' Fons: ‘ja’…
Jeroen: 24* blauw, (is al meer dan 19 van Rik > lichtblauw of paars meegeteld?) Fons 14 (eerst 15)
Jeroen: “rood nog een keer natellen”
Fons: zeker weten 13 geel. Jeroen: 6 geel (blijkt later 7 te zijn > maar dan heeft Fons er 3 teveel)
Jeroen: 'dus we hebben 17 groen, 19 geel, 21 missen we, 38 blauw' Fons: 'exact'
Fons: 11 oranje. Jeroen 10 . = 21 (correct). Jeroen: "groen, geel, oranje, blauw”
Fons: "maar volgens mij halen we groen en geel nu door elkaar"
Fons "ik heb 9". Jeroen "17, 18, 19, 20, we komen op 20 nu". (gaat dit over geel?)
Daarna: Jeroen “7". Fons: dan moet dat 12 zijn. Jeroen 'ik tel er 13, tel maar na” (geel?)
Jeroen denkt dat het er 6 zijn die Fons verkeerd 7 heeft geteld maar blijken toch 7 te zijn (gaat over geel)
Later weer Fons: "geel is hoeveel volgens jou?" Jeroen "Net hadden we 19 in totaal"
Fons: 13 roze. Jeroen: 21… “34, roze niet!”) (Fons telt weer fout, Jeroen goed)
Fons" maar dan hebben we geen 17. We hebben nog een minuut, welke kleur kunnen we pakken... Rood! Rood nog een keer!"
Tijd is op.
Fons het voor elkaar om Roze drie keer verschillend te tellen waarbij twee keer fout: 21 (juist, Jeroen telt het na als ze zijn gewisseld) en 24, en 13 als ze zijn gewisseld (Jeroen telde 16). Roze was dus waarschijnlijk 37?
Jeroen zegt “We hebben 17 groen”. Fons zegt alleen maar “ja”, het lijkt alsof Jeroen dan denkt dat het totaal 17 moet zijn terwijl het duidelijk is (groen is 38) dat er veel (waarschijnlijk 21) bij Fons geteld hadden moeten worden, het kan nooit zijn dat Jeroen zich meer dan tien groene vlaggetjes zou hebben vergist aan zijn kant. Dat Fons in de biecht (“en toen bleek groen en geel toch niet te kloppen”) doet voorkomen alsof groen en geel moeilijk was, (want dicht bij elkaar lagen qua aantal en daarom steeds verwisseld?), en Jeroen verdacht probeert te maken alsof de verwarring van hem kwam, terwijl we weten dat geel 17 moest zijn en groen 38, èn Jeroen 17 groen had geteld en we Fons geen getal hebben horen noemen, (er missen in de telling plm 21 groene) vind ik heel erg verdacht. Geel en groen waren duidelijk te onderscheiden dus daar kan het niet aan hebben gelegen.
Bij de groep teruggekeerd, is blauw 38. Oranje 21 is juist en verder weten ze het niet meer…
Als Rik met de oplossing komt, knikt Fons bij ‘geel is 17’ instemmend en zegt ja alsof ze dat goed hadden, (ze dachten groen) en ten overstaan van de groep kijkt hij verwijtend naar Jeroen als blauw 19 blijkt te zijn, probeert Jeroen dat in de schoenen te schuiven.
Ik kijk inmiddels wel met een gekleurde bril geef ik toe…